Logopedie in Kapelle-op-den-Bos, Vlaams-Brabant

Spraakstoornissen

Articulatiestoornissen:

Spraakstoornissen LogopedieWe spreken van een articulatiestoornis wanneer kinderen niet of niet meer in staat zijn om de klanken van de moedertaal correct uit te spreken of juist te gebruiken.

Jonge kinderen leren stap voor stap alle klanken en het is dus normaal dat een kind op een bepaalde leeftijd nog spraakproblemen ondervindt. Een kind heeft pas een articulatiestoornis als het achterop blijft in zijn spraakontwikkeling in vergelijking met leeftijdsgenootjes.

Wanneer een kind een bepaalde klank niet goed kan uitspreken hebben we te maken met een fonetische articulatiestoornis.

Vaak voorkomende fonetische articulatiestoornissen

  • Sigmatisme: problemen met de /s/ en de /z/ (ook ‘lispelen’ of ‘slissen’ genoemd)
  • Rhotasisme: problemen met de /r/
  • Multiple interdentaliteit: verschillende klanken worden uitgesproken met de tong tussen de tanden (bij de /s/, /z/, /n/, /d/, /t/, /l/ en/of /r/)

Wanneer kinderen een bepaalde klank niet kunnen uitspreken, gaan ze deze weglaten (omissie), vervangen (substitutie) of vervormen (distortie). Zo kan ‘boer’ uitgesproken worden als ‘boe’, ‘boej’ of ‘boer’ waarbij de /r/ onvoldoende trilt.

Fonologishce articulatiestoornissen

Bij sommige kinderen is niet de productie van spraakklanken het probleem, maar wel het correct gebruiken van deze klanken bij het vormen van woorden. We spreken dan van een fonologische articulatiestoornis.
Jonge kinderen vervormen de woorden van volwassenen. Ze maken de klankstructuur eenvoudiger. Daarom spreken we van fonologische vereenvoudigingsprocessen. Naarmate kinderen ouder worden, gaan hun woorden steeds meer op die van volwassenen lijken en verdwijnen de vereenvoudigingsprocessen.
Kinderen met een fonologische articulatiestoornis gaan bepaalde vereenvoudigingsprocessen langer toepassen dan leeftijdsgenootjes.